De Pilse

Het natuurgebied de Pilse ligt ten zuiden van de dorpskern van Zedelgem, aan het einde van de Pilsestraat. Het bestaat uit moeras, een nat en een droog graslandje en ertussen een poel.

Toegankelijkheid
In de winter staat het gebied zo goed als blank en is de toegankelijkheid zeer beperkt. Er wordt een nieuw knuppelpad aangelegd, zodat in de toekomst het gebied het hele jaar door toegankelijk is.

Beschrijving van het natuurgebied
Het moeras ligt ongeveer één meter lager dan de omliggende gronden. Het is wellicht ontstaan toen er klei uit de ondergrond werd gehaald voor het bouwen van de Sint-Laurentiuskerk.

Het gebied kan verdeeld worden in drie soorten biotopen, met elk hun specifieke plantengroei. De oostzijde kan bestempeld worden als nat grasland. In het voorjaar kleuren de koekoeksbloem en de pinksterbloem hier het landschap. In het midden van het gebied is er een poel die beheerst wordt door gele waterkers. Het is ook een geschikte plaats voor amfibieën, zoals de alpenwatersalamander en de bruine en groene kikker. Het westelijk gelegen gedeelte is moerasachtig, met grote rechtopstaande planten. Het is een ideale biotoop voor allerlei waterinsecten en libellen. In het midden van het moeras groeien ook water minnende boomsoorten, zoals wilg, els en berk.

Dieren en planten
Waar het kwelwater uit de bodem opborrelt, komen de bleeklila bloemen van de waterviolier boven het water piepen. Spoedig worden ze vergezeld door gele lis, gele waterkers en blaartrekkende boterbloem. In de aangrenzende graslandjes is het de dotterbloem, de echte koekoeksbloem en de pinksterbloem die het kleurenpalet verzorgen. Het moeras wordt gedomineerd door stijve zegge. Hier en daar hebben holpijp, grote lisdodde, kleine egelskop, blaaszegge en echte valeriaan een klein stukje kunnen bemachtigen. 

Dit natte, moerasachtige gebied is de thuis voor tal van amfibieën, zoals de groene kikker, de kleine watersalamander en de alpenwatersalamander. Het water krioelt van de waterinsecten. Boven het wateroppervlak vliegen dan weer waterjuffers en libellen. De pinksterbloem is de waardplant van het oranjetipje. Zoals de naam al doet vermoeden, kan je deze vlinder herkennen door het oranje tipje aan zijn vleugels. Andere vlinders, zoals atalanta en kleine vos, vertoeven in de ruigtes van het natuurgebied.

Natuurbeheer
In tijden van hoge waterlast bewijst het gebied zijn nut als waterbergingsbekken. Waar er een nulbeheer wordt toegepast, verschijnen ruigtes met moerasspirea, spoedig gevolgd door zwarte els en wilgen.